noordelijke spitshonden

Oorsprong der Spitsen

 

 

Een hond uit de eerste generatie uit een kruising van een wolf en een West Sib. Laika.

Zie hoe het ‘hondachtige’ overheerst

 

Alle wetenschappers ter wereld zijn het er over eens dat de hond ’s mensens oudste huisdier is, echter we weten verbazingwekkend weinig over hun oorsprong en herkomst.

Het overgrote deel van de kynologen houden vol dat de oervader van de hond gezocht moet worden bij het geslacht CANIS, welke de typische en centrale groepen zijn onder de tegenwoordige hondachtigen. Tot deze groepen rekenen wij wolven, jakhalzen en prairiewolven. Het is waarschijnlijk dat de hond de volger van de mensheid is geweest over een zeer lange periode. Over het tijdperk van 10.000 tot 12.000 jaar missen we nog steeds bewijzen hiervoor. Uit die tijd en later zijn goede bewijzen over de hond gevonden door skelet-opgravingen en verschillende afbeeldingen.

Een interessant feit is dat reeds vanaf de vroegste periode  heel duidelijk zichtbaar was dat de variaties in ras afbeeldingen bij de honden groot was. Reeds in het oude Egypte vond men vijf duidelijke afwijkende typen van honden nl. de paria-, de windhond een op 'n brak gelijkende hond alsmede een kortbenige, op een teckel gelijkende hond. Deze realiteit versterkt de opvatting over de hoge ouderdom van de gedomesticeerde hond, maar is ook een indicatie dat de oorsprong nauwelijks identiek zou kunnen zijn, d.w.z. dat de hond zou afstammen van één enkel dier. Wanneer de hond zijn doelmatigheid had bewezen begonnen op dat tijdstip alle volkeren hem af te beelden.

Onder wetenschappers bestaat geen eenheid van opvatting over de oorsprong van de gedomesticeerde hond, maar men is het er over eens dat de herkomst gezocht moet worden bij de wolf, jakhals, dingo of bij een latere uitgestorven onbekende wilde hond. Al deze hondachtigen hebben veel gemeen en de verschillen zijn onbeduidend. Het grootste verschil vind men in de vacht en de grootte. Voor het overige zijn ze tamelijk gelijkwaardig. De grootste gemeenschappelijke noemer is evenwel dat zij met elkaar zijn gekruist tot een gedomesticeerde hond om weer later tot een bruikbaar soort ras te komen. Waarschijnlijk bevind de kern van het probleem zich juist daarin.

De mens heeft zich ten alle tijden bezig gehouden met het temmen van wilde dieren. Zo moet het natuurlijk ook gebeurd zijn met de mens en de wilde hond. Vandaar uit is de stap maar klein naar domesticeren en verschillende kruisingen. Onder alle omstandigheden zijn de grote noordelijke spitshonden, zoals de Eskimohonden en de Laiki voortdurend bewust met de wolf ingekruist. Dit is het geval geweest tot heden ten dagen. Men heeft gezegd dat de Groenlandhond, onder wie zulke wolfachtige kenmerken bevinden dat zelfs de eigenaar soms moeite heeft ze van een wilde wolf te onderscheiden.

De Russische kynoloog Shirinsky Shihmatov, die tegen het einde van de 19e eeuw een veel omvattende studie over Laiki maakte, kwam honden tegen met een zeer sterke wolven inslag. Hij was van mening dat deze kruisingen zouden resulteren in een hond of een wolf op grond van het feit of zij konden blaffen of niet.

Huidige proefnemingen met het kruisen van wolven en Laiki laten zien dat het hondachtige gewoonlijk domineert bij de nakomelingen. Naar alle waarschijnlijkheid zal het zo zijn dat kruisingen met de nakomelingen binnen korte tijd een hondenras zal opleveren die zeer dicht bij de Laika en de Jämthond komt. De huidige Russische proefnemingen met kruisingen tussen de wolf en de West Sib. Laika versterken deze theorie.

Het bijzondere hierbij is dat zij een opvallende slechtere reukzin hebben. De gevoeligheid is twee tot driemaal slechter, zo hebben proefnemingen uitgewezen, dan bij de hond, terwijl zij opvallend agressiever zijn dan de Laiki. Kynologen zijn het erover eens dat de spitshond de oudste vorm is van de gedomesticeerde hond. Zij komen over het gehele noorden voor en de variaties zijn naar verhouding klein, ofschoon vele, buiten Europa levende spitsrassen, gezien worden als oorspronkelijk evenals de schensi- en pariahonden.

Moderne westerse kynologen hebben de spits aldus genoemd: 'een zekere stap in de ontwikkeling van de wilde hond tot tamme hond' De betekenis van deze hypothese is evenwel moeilijk te begrijpen. De spits moet wel een van vitaalste en gezondste hondenrassen zijn, die er te vinden zijn. Men heeft het voortdurend over zijn jachtaanleg terwijl het overgrote deel van de andere rassen juist door mutaties een vermindering van de erfcoördinaten te zien geeft.

Met de drang van de mens tot experimenteren in de richting van bizarre en onnatuurlijke honden konden extreme rassen tot ontwikkeling komen. Dit had tot gevolg dat de hond dus onnatuurlijk werd en zichzelf niet langer zelfstandig kon voortplanten zonder behulp van operatief ingrijpen. Bij veel rassen hebben zich moeilijkheden geopenbaard ten aanzien van normale levensfuncties of ondervinden veel hinder bij het voortbewegen door allerlei defecten en ziekten. Daarnaast hebben zij ook niet een hogere sociale functie ontwikkeld doch zelfs problemen gekregen met mentale en sociale storingen van allerlei aard.

 

bron:       Nordliga Spetshundar

auteurs:  Rune B. Samuelsson & Juho Perttola

vertaling: © kennel 'fra Laikahuset' 

Maak jouw eigen website met JouwWeb